Ruimte + Economie + Milieu: duurzaamheid voorop

De grote uitdaging van de 21e eeuw is het ontwikkelen en implementeren van methoden die niet alleen de beschikbare ruimte optimaal benutten, maar tegelijkertijd de economie versterken en het (leef)milieu verbeteren. Een en ander in onderlinge samenhang op weg naar duurzaamheid van productie en consumptie.

Het hele leven bestaat uit omzettingsprocessen. Deze productie- en consumptieprocessen vinden plaats in het milieu en worden vaak geïnitieerd, ontwikkeld en bestuurd door mensen. Dat kost grondstoffen en energie enerzijds, anderzijds komen er bijproducten vrij in de vorm van reststoffen en restenergie. Teneinde het beslag op stoffen (massa) en energie zo gering mogelijk te maken, is het van belang processen te ontwikkelen, die – met minder grondstoffen en minder energie en met een hoger rendement – zinvolle producten maken, met minder belastende emissies naar lucht/water/bodem. Zinvolle producten zijn producten die tijdens hun levenscyclus en daarna het milieu zo min mogelijk belasten. Waar bijproducten ontstaan, moeten deze worden omgezet in milieu-vriendelijke producten. Indien dat niet mogelijk is, moeten deze bijproducten milieu-beheersbaar worden geborgen. Ruimte- en tijdfactoren dienen mede in beschouwing te worden genomen. Een Duurzame Maatschappij zal de beloning zijn.



Kijken we specifiek naar het beslag op ruimte, dan houdt duurzaamheid in het bedenken van oplossingen waarin ruimtelijke, sociaal-economische en milieu-aspecten gelijkwaardig en in onderlinge samenhang zijn meegenomen. Dat kan door het ruimtebeslag voor woningen, bedrijven, voorzieningen, infrastructuur en natuur consequent èn integraal te toetsen aan haar waarde op sociaal, cultureel, economisch en ecologisch gebied. Op die manier kan een duurzame leefomgeving gecreëerd èn gewaarborgd worden.



Het ruimtebeslag in Nederland - de FEITEN



(bron: CBS - cijfers 2003)

Bebouwd terrein beslaat nog geen 9 procent van Nederland. Deze bebouwde ruimte (woningen, bedrijven, industrie) bevindt zich in hoofdzaak in de Randstad, een meerkernige netwerk-deltametropool met in het midden het Groene Hart. Maar ook de Brabantse stedenrij, die loopt van Bergen op Zoom via Breda, Tilburg, Eindhoven en Den Bosch; de Gelderse zone van Nijmegen naar Arnhem en de Twentse agglomeratie met Enschede, Almelo, Hengelo vormen inmiddels aaneengesloten gebieden met veel bebouwing. Ook in het zuiden van Limburg is veel bebouwde ruimte. In de rest van het land vallen de provinciehoofdsteden en de andere steden op als eilanden van bebouwing in de groene ruimte.